Op de bouwaanvragen voor alle nieuwe gebouwen die vanaf 1 januari 2020 worden ingediend, zijn de BENG-eisen van toepassing. De EPC is dan verleden tijd. De focus gaat voortaan naar de maximale energiebehoefte (kWh/m2/jaar) van het gebouw en het aandeel hernieuwbare energie. Isolatiedeskundige Eric Las is echter kritisch: “Er wordt door de nieuwe rekenmethodiek (NTA 8800) een beter inzicht gegeven in de energieprestatie van een gebouw. Maar in samenhang met alle afspraken over conversie en rendementen en de nieuwe BENG-eisen die het ministerie BZK na de Kostenoptimaliteitsstudie (KOS ) recent heeft gepresenteerd, gaat de gebruiker er gewoon op achteruit.”
Tekst: ing. Frank de Groot Beeld: Isobouw en Kingspan Unidek, tenzij anders vermeld
“Eindelijk komt de echte energieprestatie van een gebouw in beeld. Maar daarmee zijn we er nog niet. De Trias Energetica wordt weer eens genegeerd en dat is voor de toekomst een héél dure fout. Het beperken van de vraag is toch echt waarmee je moet beginnen. Isolatie is simpel gezien de enige maatregel waarmee je echt energie bespaard. Als we zo blijven aan-emmeren, waar blijven we dan met onze ambitie?”, aldus een teleurgestelde Eric Las, die constateert dat de recent bekend geworden BENG-eisen flink hoger liggen dan de BENG-eisen die in 2015 zijn vrijgegeven. Toegegeven, hij is sinds enige jaren voorzitter van de Nederlandse Isolatie Industrie (NII) en al meer dan een decennium voorzitter van de Technische Commissie van de NII. Tevens is hij sinds juli 2015 directeur van Stybenex, de Vereniging van fabrikanten van EPS / Airpop producten, en al sinds 1998 via zijn vorige werkgever lid van deze organisatie. Sinds 1987 is hij namens Stybenex, NII en NVTB deelnemer aan tal van commissies en overlegvormen waar isolatie en energiebesparing op tafel komen. Bijna niemand in de isolatie-industrie die hem dus niet kent. Dus verwachten we uit zijn mond een vurig pleidooi voor zoveel mogelijk isolatie. De werkelijkheid is echter breder en genuanceerder.
Hij begon zijn loopbaan in 1983 als één van de eerste adviseurs op het gebied van energiebesparing, waarna hij dertien jaar werkzaam was bij Isoned, de voorloper van de huidige gevelspecialist Sto Isoned en nog eens zestien jaar bij Kingspan Unidek. Niemand hoeft hem iets meer te vertellen over nut en noodzaak van isolatie. Maar zijn enorme ervaring en technische achtergrond heeft zijn scope al lange tijd verbreed naar de energie-opgave in al zijn facetten. Geen blad voor de mond, maar zeggen waar het op staat: “Iets is een goed ontwerp of niet en bouwfysica liegt niet. In mijn beleving gaat energie besparen ook allang niet alleen meer over energie of CO2-reductie, maar steeds meer over budget en comfort.”
Geen energie gebruiken
“De discussie gaat nog teveel over de minimale energieprestatie die we telkens moeten bereiken”, zegt Las. “We hebben nu nog NEN 7120 ‘Energieprestatie van gebouwen – Bepalingsmethode’ en we gaan naar een nieuwe bepalingsmethode die binnen de Europese regels wordt vastgelegd in een Nederlands Technische Afspraak: NTA 8800. Deze bepalingsmethode is in september 2018 gepubliceerd. Feitelijk zie je dat die bepalingsmethode toch voor een groot deel wordt bepaald binnen het krachtenveld van de markt. Niet alles wordt weer platgerekend, maar je ziet al dat 90% van de inhoud gaat over installaties en maar een beschamend gedeelte over de grote lijnen van energiebesparing door bouwkundige maatregelen. Net zoals bij een normalisatietraject wil iedereen er natuurlijk op de juiste manier bij aansluiten en ervan kunnen profiteren.
Maar begin nu eens bij het begin: het beperken van de energievraag. Energiebesparing op ruimteverwarming is simpel gezien een transmissie issue; niets meer en niets minder. Het mooiste zou zijn als je onafhankelijk bent van je omgeving en vooral los van alle heffingen van de overheid en energieleveranciers. En ja, dat betekent dan inderdaad zodanig isoleren van de schil en luchtdicht bouwen, dat er geen energie meer nodig is voor verwarmen en koelen. Een warmtepomp is best leuk, maar vergeten wordt dat je al gauw aan een grotere warmtepomp zit als je niet goed isoleert en dat je dan van een 3×25 A naar een 3×35 A aansluiting moet. Bij Liander is dit een verschil van € 721,- vanwege het hogere vastrecht. Noch afgezien van de toename in installatiegeluid waar je mee te maken krijgt binnenshuis.
“Helaas zijn er mensen die denken dat de woorden van een politicus meer waard zijn dan die van een wetenschapper die de Nobelprijs heeft gewonnen”
Van een oud collega in de industrie weten we dat de meest duurzame energie, de energie is die je niet gebruikt! Overigens is de noodzaak om te koelen vaak ook het gevolg van een slecht ontwerp. Dit wordt weer niet echt afgestraft en weer worden de gebruikers opgezadeld met te hoge binnentemperaturen.”
Goed isoleren
“Mijn advies: als je dan toch een woning gaat bouwen of renoveren, zorg dan voor een Rc-waarde van 8 of 10 m2K/W, of desnoods nog meer. Over tien jaar al – laat staan vijftig jaar – zijn de huidige minimale opvattingen en berekeningen over de huidige isolatiewaarden alweer volledig achterhaald, terwijl het voordeel van goed isoleren iedere koude dag merkbaar is. Doe het nu eens in één keer goed en niet half. Dat laatste stukje lijkt zo duur, maar levert zoveel vermijdbare zaken op die je over een aantal jaren weer op je bordje krijgt. Natuurlijk zijn er gebouwen die je niet optimaal kúnt aanpakken; deze moet je parkeren en zo goed mogelijk tegen de nog resterende gebruiksduur afzetten. Maar maak gerust harde keuzes; uiteindelijk blijk je beter af te zijn.” Onderzoeken wijzen uit dat de kosten van het bereiken van Rc-waarden van circa 8 m2K/W of meer, niet meer opwegen tegen de besparing in energiekosten. Las: “Natuurlijk ken ik die berekeningen, maar ook hier mis ik een integrale benadering van het probleem met de juiste horizon. Ik zie altijd een hoog ‘Efteling-gehalte’ in het ontkennen van de werkelijkheid. Als je niet voldoende isoleert, moet je op een gegeven moment toch energie binnenhalen of zelf opwekken.
Daarmee lig je nog steeds aan het infuus van de energieinfrastructuur voor gas en elektriciteit en de bijbehorende heffingen van onze overheid. Van het gas-af gaat nog wel een tijdje duren en in de tussentijd moeten veel gebruikers toch beslissingen nemen hoe het NU op te lossen. Daarnaast is er nog de verwarring over: ‘wat is energie besparen?’ Kijk bijvoorbeeld naar PV-panelen. Prima als je op duurzamere wijze energie opwekt, maar je energieprofiel verandert er niet door. In feite verander je van energiedrager en bespaar je niets of zeer weinig. Ik heb niets tegen PV-panelen, maar ze zijn niet inwisselbaar tegen optimale isolatie en luchtdichtheid. BENG staat voor Bijna Energie Neutraal: dat wil niets anders zeggen dan dat je evenveel moet opwekken als je verbruikt. Een hoog verbruik is dus nog steeds mogelijk. De incentives voor de ontwikkelaars en bouwers zullen hierdoor dus ook niet verschuiven. Een goedkoop gebouw realiseren en het verbruik aan de gebruikers laten. Alle initiatieven en goede bedoelingen van enkelen ten spijt.”
Duurzame energie
Maar waarom een optimale isolatielaag, als we de energie ook uit zon, wind en (rest)warmte kunnen halen? “PVpanelen zijn een prima oplossing Maar over 25 jaar moeten ze vervangen worden vanwege de gelimiteerde levensduur, of tegen panelen met weer een ietsje hoger rendement. Dat is vraagt toch weer een investering door de gebruiker. Als ik naar het traject van energie besparen kijk zie ik dat er sprake is van sub-optimalisatie. Het optimum is de totale onafhankelijkheid van externe factoren. Maar iedereen heeft belangen bij de energietransitie. Het is een kruiwagen met kikkers, die binnenboord gehouden moeten worden. Ventilatie, warmtepompen, biomassa, geothermie, smart grids, gas, elektra, restwarmte, energie-opslag, zonne- en windenergie, enzovoort; vergis je niet wat een belanghebbenden er allemaal aan tafel zitten. Dit is bij elkaar genomen een miljarden business. Ook de overheid is en blijft partij, want we betalen energieheffingen en de overheid stelt de beleids- en conversiefactoren vast. Alle brancheorganisaties doen er aan mee. Je gaat toch niet adviseren om jouw oplossing niet meer toe te passen? Het is een netwerk van aan elkaar hangende machtsbelangen.”
“Afwezigheid van bewijs voor een stelling is geen bewijs van afwezigheid van de juistheid van de stelling”
Dus de brancheorganisaties van de isolatieproducenten, die jij vertegenwoordigt, zullen wel blij zijn met je advies om veel te isoleren? “Ja, ik begrijp mijn dubbele rol hierin. Maar ik blijf het nut
van beter isoleren promoten, omdat ik er gewoonweg in geloof en de ervaringen in dit opzicht het nut van optimaal isoleren bewijzen. Ik kijk ook kritisch naar mijn eigen brancheorganisatie: we zijn niet Roomser dan de Paus. Wij kijken eveneens naar mogelijkheden in de markt en willen graag zoveel mogelijk goede producten aanbieden; en laten die nu eens prima aansluiten bij die optimale oplossing. EPS heeft een bewezen historie van meer dan 55 jaar waarin de eigenschappen niet achteruitgaan. Initieel wellicht niet meer de beste, maar over de gemiddelde levensduur van het gebouw zeker! De trias energetica is er niet voor niets. Het gaat hierbij niet alleen om de eerste stap te zetten, maar om die eerste stap zo optimaal mogelijk in te vullen. Als Zero Energy Buildings het doel is, probeer dan dit doel ook echt te halen. Zero Energy is toch echt iets anders dan Bijna Energie Neutraal. Energieneutraal is in mijn beleving een technische ‘aflaat’ door je overmatige en vermijdbare verbruik te mogen compenseren door meer duurzaam op te wekken. Bijna Energie Neutraal geeft al helemaal aan waarom het (niet) draait.”
Sherlock Holmes leert ons dat je niet moet theoretiseren voordat je de feiten kent, omdat men dan de neiging heeft de feiten aan te passen aan de theorie, in plaats van de theorie aan de feiten.
“Ik ben al blij dat in het Regeerakkoord staat dat we eerst beter moeten isoleren; maar beter is nog niet optimaal. En de huidige berekeningen in samenhang met de verwachte BENG-eisen laten zien dat je er bij een zelfde gebouw berekend met de NTA 8800 versus de oude NEN 7120 er als gebruiker er op achteruit gaat. Méér energie nodig voor het zelfde comfort; méér kosten voor de gebruikers dus.”
Kostenoptimaliteit
Vanuit Europa worden er eisen gesteld ten aanzien van de kostenoptimaliteit. Vanuit een analyse kan dan een beeld gevormd worden welke maatregelen kosten-optimaal zijn. “Het Ministerie BZK houdt vast aan de Europees als minimum-scenario voorgeschreven beoordelingstermijn van 30 jaar. Hoezo realistisch als gebouwen ten minste 75 jaar staan? Dit nog afgezien van het feit dat de KOS-analyse slordig is uitgevoerd en de onderbouwing van de voorgestelde BENG-eisen dus in grote lijnen niet klopt. RVO en BZK moeten hierop ingrijpen, anders gaat de gebruiker er weer op achteruit”, zegt Las. “Halfzachte oplossingen verschuiven de vermijdbare kosten naar de toekomst en vormen zo geen echte duurzame oplossing. We moeten durven afschakelen; echt NU goede keuzes maken om niet in de lock-in situatie te komen bij weer zo’n halfzachte oplossing, zoals bij al die ‘aanscherpingen’ van de Rc-eisen uit het verleden. Goed hoor om je te verbeteren, maar doe het dan ook echt! Kijken om tijdens de levensduur van het gebouw minder afhankelijk worden. Pas dan kun je de juiste richting kiezen.”
Van EPC naar BENG
We komen weer op de BENG-indicatoren die op 1 januari 2020 van toepassing worden op nieuwbouw. Voor overheidsgebouwen ligt de ingangsdatum zelfs op 1 januari 2019. Deze verplichting vloeit voort uit het Energieakkoord en uit de Europese richtlijn energieprestatie van gebouwen (EPBD). “De huidige bepalingsmethode kent qua uitkomst onvoldoende correlatie met het werkelijk energieverbruik en is onvoldoende geschikt voor de stappen naar bijna energieneutraal. Een rekenmethodiek moet vrij zijn van politieke afspraken en handjeklapfactoren. De berekening moet inhoud geven aan de bouwfysische werkelijkheid, het werkelijke rendement of het echte gebruikersgedrag. Een slecht geïsoleerd gebouw met heel veel duurzaam opgewekte energie kan volgens de huidige rekenmethodiek een energieneutraal gebouw opleveren. Dit kan nooit de bedoeling zijn geweest, maar is gezien de vele voorbeelden in de praktijk, helaas mogelijk. Woonlasten worden voor een groot deel veroorzaakt door de kosten voor het comfort. Een veel te lage isolatiegraad, blijft dus 50-75 jaar het budget van de gebruiker beïnvloeden.”
BENG-indicatoren: wat zijn dat?
Vanaf 1 januari 2020 gelden er nieuwe energieprestatie-eisen voor nieuwbouw. Na twintig jaar nemen we afscheid van de energieprestatiecoëfficiënt (EPC). Daarvoor in de plaats komt een nieuwe bepalingsmethode die wordt vastgelegd in een Nederlands Technische Afspraak: NTA 8800. Er wordt bij de nieuwe bepalingsmethode afgestapt van de dimensieloze indicatoren EPC en EI. Er wordt overgegaan naar de indicator kWh/ m2.y, conform de Europese Energy Performance of Buildings Directive (EPBD). Er wordt dan onder meer gekeken naar de energiebehoefte van een gebouw in kWh/m2 gebruiksoppervlakte, per jaar.
Drie indicatoren
In BENG wordt de energieprestatie van een gebouw uitgedrukt met drie indicatoren:
• BENG 1. Energiebehoefte: de hoeveelheid energie die een gebouw nodig heeft voor verwarming en koeling, uitgedrukt in ‘thermische’ kWh per m2 gebruiksoppervlakte per jaar. Deze indicator gaat over het beperken van de energievraag van het gebouw zelf.
• BENG 2. Primair energiegebruik: de hoeveelheid fossiele brandstof in kWh per m2 gebruiksoppervlakte per jaar die nodig is voor verwarming, koeling, warm water en installaties. Let op (1): het gaat om primaire energie, die onafhankelijk is van de energiedrager. Dus ook bij een warmtenet (afgerekend in GJ) wordt een primair energiegebruik berekend in kWh. Let op (2): BENG 2 is dus het totale primaire energieverbruik, minus de hoeveelheid hernieuwbare energie op, aan of nabij het gebouw (dat aandeel levert het % BENG 3). Energiezuinige maatregelen, zoals een warmtepomp, verlagen het primair fossiel energiegebruik.
• BENG 3. Aandeel hernieuwbare energie: het percentage (in procenten) hernieuwbare energie van het totale energiegebruik. Voor elke indicator geldt straks een eis die varieert voor woningen, utiliteitsgebouwen, onderwijsgebouwen en gezondheidszorggebouwen. Voor de duidelijkheid: BENG-indicatoren hebben alleen betrekking op gebouwgebonden energiestromen, inclusief tapwaterverwarming. De energie voor gebruiksgebonden zaken, zoals kantoorapparatuur, verlichting en huishoudelijke apparaten, wordt buiten beschouwing gelaten!
Voorgenomen BENG-eisen voor woningen (2015)
Beng-indicator
• BENG 1 – energiebehoefte (kWh/m².jr) ≤ 25
• BENG 2 – energiegebruik (kWh/m².jr) ≤ 25
• BENG 3 – hernieuwbare energie (%) ≥ 50
Bovenstaande eisen zijn vanaf 2015 al realiseerbaar gebleken door de top van de markt en er wordt verondersteld (min. Blok, 2015) dat deze eisen in 2020 door (vrijwel) de gehele markt gerealiseerd kunnen worden (DGMR, 2015) en voor het grootste deel van de gebouwde omgeving goed financieel haalbaar zijn in 2012 (min. Blok, 2015) De recent door RVO geadviseerde BENG-eisen liggen echter veel hoger en lijken te zijn opgesteld met het oog op een stelselwijzing (van EPC naar BENG) en niet met het oog op een aanscherping van de energie-prestatie-eisen. Terwijl in 2015 hiervoor wel een verwachting is gewekt.