Superieure bouwwijze

Vanuit de Stichting PassiefBouwen werken wij al vele jaren aan meer bekendheid voor deze superieure bouwwijze in Nederland. Superieur, omdat een goed passief gebouw thermisch comfortabeler is, dus aangenamer om in te verblijven. Passief gebouwen zijn verder gezond, omdat er continue voldoende goed gefilterde buitenlucht de woning wordt ingeblazen. Het is verder mooi meegenomen dat passief gebouwen extreem weinig energie nodig hebben voor ruimteverwarming en dat ze ook in warme zomers aangenaam koel kunnen blijven, zonder gebruik van een airco. Ook voor Nederland is de techniek niet nieuw. Het eerste grootschalige en toen zeer succesvolle project werd al dertig jaar geleden gebouwd.

Vooroordelen
Bij veel lezingen in het land en via de deelnemers van onze Stichting, die als innovatieve voorlopers vaak “in de vuurlinie” verblijven, worden wij steeds weer met vooroordelen geconfronteerd. Zoals altijd zijn die vooroordelen gebaseerd op onwetendheid, op over slecht uitgevoerde projecten.

Luchtdicht en ongezond
Steeds weer wordt beweerd dat passief gebouwen potdicht en ongezond zouden zijn. Een mooie illustratie van het eeuwenoude verhaal van de klok en de klepel. Om ongewenste tocht door kieren te voorkomen (denk aan thermisch comfort) en om maximaal effect te hebben van het ventilatiesysteem (valse lucht voorkomen) worden passief huizen nauwkeurig gebouwd, met goede aansluitingen en waar nodig extra dichtingen. Er wordt vrijwel altijd een ventilatiesysteem aangebracht, waarbij vuile lucht wordt afgezogen waar dit het meest nodig is, terwijl via een separaat systeem schone, gefilterde buitenlucht (met warmteterugwinning) wordt ingeblazen op plaatsen waar daaraan de meeste behoefte is. Omdat die lucht tochtvrij en vrijwel op kamertemperatuur binnenkomt zal de bewoner dit niet als onaangenaam ervaren. Tochtvrij en toch goed geventileerd met gefilterde buitenlucht is dus het tegenovergestelde van potdicht en ongezond.

Ramen open
In tegenstelling tot de kwaadaardige geruchten dat de ramen niet open mogen wordt een goed passief gebouw van extra ramen of andere bedienbare ventilatieopeningen voorzien. In warme zomers kan hiermee tijdens de koelere nacht worden geventileerd, waardoor een de woning afkoelt. Dit kan desgewenst ook automatisch met een bypass in het ventilatiesysteem, waarmee een passief gebouw zonder airco ook in warme zomers aangenaam koel zijn. Wie in het stookseizoen de ramen wil gebruiken om even “te luchten” mag dat ook gerust doen. Het vaak een gewoonte en niet echt nodig, omdat er immers een altijd werkend effectief ventilatiesysteem aanwezig is. Maar het mag best en de meeste bewoners begrijpen zelf wel dat het op koude dagen verwarmingsenergie kost.

Technisch gecompliceerd en moeilijk bedienbaar
Passief gebouwen hebben meestal een ventilatiesysteem dat een paar standen kent: hoog, middel en laag. Bij een goed uitgevoerd systeem zal de gebruiker weinig behoefte hebben om aan de knop te draaien, want de installatie doet ongemerkt zijn werk. De verwarming werkt traditioneel met de gebruikelijke thermostaat. De enige les die de bewoner moet leren is dat draaien aan de thermostaat beter achterwege kan blijven als de woning in thermisch evenwicht is. In Duitsland wordt wel gepropageerd om de technische installatie zo ver te vereenvoudigen, dat de kleine hoeveelheid warmte die nog nodig is via de ventilatie wordt ingebracht. Een aparte verwarmingsinstallatie kan dan achterwege blijven. Passief gebouwen kunnen dus juist een extra eenvoudige technische installatie hebben.

Energiebesparing is niet nodig, wij kunnen al energieneutraal bouwen
Het grootste misverstand dat steeds weer opduikt is de vermeende onbeperkte bruikbaarheid van zon, wind en andere duurzame bronnen. Deze bronnen hebben zeker potentieel, maar wij maken het ons zelf onnodig moeilijk zolang wij weigeren in te zien dat de duurzaamste energie die energie is die we niet (meer) nodig hebben. Energie die je niet nodig hebt hoeft niet te worden opgewekt door een grote hoeveelheid PV- panelen op het dak. Vraag en aanbod ligt voor verwarming met PV panelen immers niet in een lijn en dat lossen we bij woningen voorlopig op met de salderingsregeling. Bij een passief gebouw kan de gebruiker/bewoner de opbrengst van de PV panelen gebruiken voor het gebouwgebonden en het consumptieve electriciteitverbruik en is dat gaat zelfs verder dan energieneutraal.

Passief bouwen is duur
Wij lijden bijna allen aan het misverstand dat iets dat veel beter is ook automatisch veel duurder moet zijn. In alle bekende gevallen leidt passief nieuwbouw van woningen al vanaf het eerste jaar tot lagere woonlasten, doordat de energiebesparing eventuele meerkosten compenseert. Vanuit het oogpunt van de ’total cost of ownership’ is een passief gebouw dus altijd goedkoper! Maar ook voor de bouwkosten geldt dat -afhankelijk van de gekozen materialen- een passief gebouw zonder meerkosten mogelijk is. Voorwaarde is dan wel dat alle papier nog blanco moet zijn. De stedenbouwkundige moet zuid of bijna zuid-oriëntatie niet onmogelijk hebben gemaakt. En er moeten geen belemmerende vormgevingseisen zijn die bepaalde materialen of vormen dwingend voorschrijven of juist verbieden.

Introductiecursus
Omdat goede informatie in hapklare brokken moeilijk is te vinden hebben wij het initiatief genomen voor de “Introductiecursus Passief Bouwen”, die via AcademyNL.nl wordt aangeboden. In één dagdeel krijgen de deelnemers een compleet overzicht en het zo noodzakelijke inzicht in samenhangen.

Van wie is Passief Bouwen eigenlijk
Deze vraag kent een uiterst simpel antwoord, namelijk ‘van iedereen en van niemand’. Net zoals bijvoorbeeld ‘een torenflat bouwen’ van niemand is. Passief Bouwen is een bouwmethode, die onder meer door Socrates werd toegepast en zowel in nog oudere culturen als de laatste decennia vanuit een aantal invalshoeken en door verschillende mensen verder is vormgegeven. De Duitse Dr. Wolfgang Feist heeft een belangrijke rol gespeeld om de berekening van het energiegebruik bij deze bouwmethode te standaardiseren. Zijn rekenmethode, PHPP (Passiv Haus Projectierungs Programm) genaamd, is een bepalend instrument geworden.

Ook in ons land is Passief Bouwen van niemand (en iedereen). De Stichting PassiefBouwen is echter de oudste en meest toonaangevende organisatie die zich hiermee in Nederland bezighoudt. Zij is exclusief de certificaathouder van het keurmerk PassiefBouwenKeur® en de Leergang Passief Bouwen. Verder is deze Stichting affiliate van het international Passive House Institute (iPHA) en daarmee onder andere verkooppunt voor de PHPP-licenties.

Wat is er ‘passief’ aan passief bouwen?
Passief staat hier tegenover actief. De passieve zonne-energie wordt door een goed gebouw ontwerp en zonder tussenkomst van apparatuur gebruikt om het gebouw te verwarmen. Een goed ontwerp benut de zonne-energie in de winter en sluit de ongewenste zonne-instraling in de zomer buiten. In de praktijk zal er bij sommige ontwerpen toch actief zonwering moeten worden gebruikt, maar dat is de keuze van de architect/opdrachtgever.

Bestaat er een ‘standaard’ passief ontwerp?
Er bestaat een aantal algemene ontwerpregels, maar een goed passief ontwerp speelt in op de lokale (klimatologische) omstandigheden.

Moet altijd op het zuiden worden georiënteerd?
De optimale zuid-oriëntatie mag 25 graden naar beide kanten afwijken zonder afbreuk te doen aan de prestatie. Er is dus een variatie van 50 tot 60 graden mogelijk. Bij een extreem goede isolatie mag verder worden afgeweken omdat de mindere invang van zonnestraling wordt gecompenseerd door het verminderen van warmteverliezen. Maar voor het tegengaan van zomerse oververhitting is een zuid-oriëntatie binnen de bovengenoemde grenzen optimaal.

Leiden de ontwerpregels niet tot eentonigheid?
Integendeel. In de praktijk is beween dat de basisregels kunnen worden benut in heel verschillende verschijningsvormen. Hiervan zijn op deze website voorbeelden te zien.

Betekent passief bouwen een groter ruimtebeslag.
Dat behoeft helemaal niet. Passief bouwen is in grote dichtheden (meer dan 50 woningen per hectare) zeer goed mogelijk. Dat is in de praktijk ruimschoots bewezen. Het woonklimaat kan door een beter ‘zonklimaat’ in de straten zelfs positief worden beïnvloed.

Heeft passief bouwen stedenbouwkundige consequenties?
De beste resultaten kunnen worden gehaald als al bij de stedenbouwkundige opzet rekening wordt gehouden met de gewenste oriëntatie. Dat heeft als nevenvoordeel dat een beter microklimaat ontstaat in de openbare ruimte, doordat de straten zonniger worden.